In hedendaagse omgeving is er nood aan creativiteit voor innovatieve oplossingen om de competitiviteit garanderen. Met een overvloed aan technologie en kennis als grondstof, willen klanten verhoogde performantie, duurzame oplossingen aan betaalbare prijzen
Door Simon Dewulf
Waar de waarde?
De (innovatie)waarde van nieuwe oplossingen kan gemeten worden aan de hand van 4 factoren: performantie, schadelijke effecten, gebruiks(on)gemak en kost. Dit leidt ons tot 4 invalshoeken voor innovatie:
- performantie-innovatie: verhogen van performantie of het toevoegen van functies
- duurzame innovatie: verminderen van schadelijke effecten
- ergonomische innovatie: meer gebruiksgemak
- economische innovatie: lagere kost
In de ontwikkeling van een product of proces spelen deze 4 factoren allemaal een rol, maar veelal domineert er één. Ter illustratie nemen we het voorbeeld van een projector.
Wat kan beter, wat kan meer?
Producten en processen winnen waarde door het verbeteren van bestaande en het integreren van nieuwe functionaliteiten of performanties. Voor de projector betekent dit bijvoorbeeld sterker of fijner beeld. Andere voorbeelden van performantie- innovatie zijn zwaardere motoren, een Zwitsers mes met USB stick, GSM met fototoestel, geïntegreerde computerpakketten, fax-copy-printers, one-stop shopping of multifunctioneel gereedschap. Verhoogde performantie is de meest evidente drijvende factor voor innovatie, die meestal leidt tot verhoogde marge. Het ultieme van deze factor is perfectie.
Biologisch afbreekbaar bestek |
Wat kan minder schadelijk, minder storend?
Een tweede focus van waardecreatie is het reduceren van schadelijke effecten. Duurzame innovatie richt zich op afvalloos produceren, niet opwarmend, geruislozer toepassingen, veiliger of betrouwbaarder. Voor de projector betekent dit bijvoorbeeld een geruisloze koeling waardoor we geen last hebben van storend geluid. Andere voorbeelden zijn biologisch afbreekbare producten, afvalloze processen, veiligheidsartikelen, milieuvriendelijke uitlaten, zonnewering, zekeringen, airbags of paswoorden. Krachtig is wanneer schadelijke effecten omgezet kunnen worden naar voordelen, bijvoorbeeld vaccinaties (waarbij het virus wordt ingespoten voor immuniteit), warmte als energiebron, roest als corrosiebescherming of de zwakke lijm van post-it.
Wat kan gemakkelijker? Wat kan beter?
Een derde invalshoek van waardecreatie is gebruiksvriendelijkheid of ergonomische innovatie. Hoe makkelijk, ergonomisch is de interface opgebouwd? Kunnen we de projector kleiner maken of de bediening vereenvoudigen? Hoe minder interface, hoe beter: kleinere telefoons, Nintendo sturing, betere grip, lichtere producten, esthetica, ondertiteling, kleurcodes, gebruikersprofielen, doorzichtige verpakking. Het gebruiksgemak wordt versterkt door het toevoegen van de omgekeerde component: potlood met gom, hamer met nageltrekker, nietjesmachine met nietjesverwijderaar, éénrichtingsglas of annulatieverzekering.
Het ultieme gebruiksgemak maakt een interface overbodig, het gaat vanzelf. Voorbeelden zijn: spraakherkenning in plaats van toetsenbord, zelfkuisende ruiten, zelfreagerende systemen, afschroefkroonkurk of lichtsensoren.
Wat kan goedkoper?
Ten laatste, doch heel populair is economische innovatie: meerwaarde creëren door minder kost, terwijl de functionaliteit behouden blijft. Kunnen we de projector goedkoper maken? Goedkopere flatscreens, Dell, Ryanair, Colruyt, betaal per gebruik of leasing. De maximale meerwaarde door economische innovatie zijn gratische modellen zoals de krant Metro of De Zondagskrant, gratis openbaar vervoer, gratis software, Skype telefonie, Google, gesponsorde evenementen, JC Decaux (levert gratis bushokjes aan de Franse staat) en Gouden Gids.
Dus...
Het afwegen van deze vier innovatiefactoren is een efficiënte manier van productevaluatie. Een innovatie kan duurder zijn, zolang de geboden meerwaarde dit verantwoordt. We denken hierbij aan merkproducten of 5 sterrenhotels. Bij het streven naar meer van het positieve (performantie) en minder van het negatieve (schade, interface en kost) evolueren we uiteindelijk naar perfect, altijd, overal en gratis.